Amsterdam, 21 maart 2023 | Het Nederlands elftal speelde in 1900 voor de eerste keer met een eigen shirt, vijf jaar eerder dan tot nu toe werd verondersteld. Dat schrijft sporthistoricus Jurryt van de Vooren in zijn nieuwe boek De gele kaart van Neeskens, dat deze week bij Vesper Publishing verschijnt.
Op 6 februari 1894 stelde de Nederlandse voetbalbond voor de eerste keer een nationaal elftal samen, nog als Bondselftal. De internationals speelden in die begintijd allemaal in hun eigen clubtenue en nog niet in één overkoepelend shirt. Ze droegen daarom vijf verschillende shirts: van HFC, HVV, RAP, Sparta en Victoria Rotterdam. Deze verscheidenheid bleef lange tijd een vast gebruik. Op 30 april 1905 speelde het Nederlands elftal zijn eerste officiële interland, volgens de regels van de FIFA. Dit team droeg wél een overkoepelend shirt.
Tot nu toe werd altijd gedacht dat het shirt uit 1905 het eerste is geweest van het Nederlands elftal. Dat meent ook de KNVB. ‘De verschillende shirts zorgen voor een kleurrijk geheel,’ aldus de bond in een artikel over die beginjaren, ‘maar bemoeilijken het samenspelen. Dat probleem wordt opgelost bij de eerste officiële interland die het Nederlands elftal speelt op 30 april 1905. Alle spelers dragen een wit shirt met een rood-wit-blauwe diagonale band.’
Volgens sporthistoricus Jurryt van de Vooren klopt dit niet, zo schrijft hij in zijn nieuwe boek De gele kaart van Neeskens. Al op 30 december 1900 speelde het Nederlandse team voor het eerst in dezelfde shirts en broeken, in een thuiswedstrijd tegen het Duitse FC Preussen. De foto daarvan heeft Van de Vooren gevonden bij het Nationaal Archief in Den Haag. Alle spelers droegen die dag een zwarte broek met daarop een wit shirt met verticaal rood-wit-blauwe banen. Dit shirt is maar één keer gedragen, omdat het te rommelig was. Pas zeven jaar later werd voor de eerste keer de kleur oranje gebruikt.
© Nationaal Archief/collectie KNVB (download)
Over De gele kaart van Neeskens
In De gele kaart van Neeskens: 111 primeurs uit het Nederlandse voetbal wordt onze voetbalhistorie beschreven in 111 hoofdstukken met primeurs en ijkpunten. Zo was er in 1898 voor de eerste keer een landskampioen. In 1908 trainde het Nederlands elftal voor het eerst op het nemen van strafschoppen. In 1947 was Longa het eerste elftal met rugnummers. En in 1961 floot er voor het eerst een vrouwelijke scheidsrechter op een Nederlands voetbalveld.
De gele kaart van Neeskens verschijnt op 23 maart. Het boek beslaat 249 pagina’s en is voor €21,95 te koop in de boekwinkels, en in de webshop van uitgever Vesper Publishing.
Over de auteur
Jurryt van de Vooren (1969) publiceerde als sporthistoricus onder meer de Bosatlas van het Nederlandse voetbal en Door Wilskracht Zegevieren, over sport in de Tweede Wereldoorlog. Hij is al meer dan 25 jaar de enige Amsterdammer die is afgestudeerd op Feyenoord.
“Met zijn gedetailleerde kennis en lust tot onderzoek is Jurryt van de Vooren een onmisbare schakel in de veelkleurige ketting van het Nederlandse voetbal, in al zijn verschijningsvormen.”
- Willem Vissers, sportverslaggever van de Volkskrant en sportjournalist van het jaar (2021)
Voor vragen, recensie-exemplaren of interviewverzoeken: neem contact op met uitgever Jonathan Ursem, via 06-21350183 of jonathan@vesperpublishing.nl. De foto van het eerste shirt van het Nederlands elftal is hier in hoge resolutie te downloaden.
Comments